Verkleinwoorden

Hoe maak je de verkleinwoorden? Een verkleinwoord maak je meestal door het achtervoegsel –je toe te voegen. Huis – huisje, stad – stadje Na woorden eindigend op l, n, w of r  komt het achtervoegsel -tje. Stoel – stoeltje, schoen – schoentje, vrouw – vrouwtje, deur – deurtje Na woorden Lees meer…

De tussenletters

Tussenletter ‘s’ Vissersboot zul je nooit fout schrijven want je hoort de tussenletter ‘s’ tussen visser en boot. Schrijf dus steeds een ‘s’, als je er één hoort. Bijv. parlementslid, zondagskrant, stationsplein. Moeilijker wordt het wanneer je het woord dorpsschool moet schrijven, want schrijf je dan 1 ‘s’ of 2? Lees meer…

Afkortingen

Begrippen Afkortingen Wanneer we een deel van het woord of woorden weglaten, maar we spreken de oorspronkelijke woorden uit. m.a.w. = met andere woorden Symbolen € = Euro; $ = dollar; C = koolstof, £ = pond Letterwoorden Woorden die gevormd woorden met de beginletters van andere woorden, we spreken Lees meer…

Aaneenschrijven van woorden

Getallen De regels om getallen voluit te schrijven zijn heel eenvoudig. Schrijf alle getallen tot en met duizend aan elkaar. Na het woord “duizend” volgt een spatie. Veelvouden van miljoen en miljard worden met een spatie geschreven. Bijv. achthonderdtweeënzeventig. Vijftienduizend driehonderdachtentwintig Twaalf miljoen vijfhonderdvierendertigduizend honderdachtentwintig Oefening Schrijf de getallen voluit Lees meer…

Klinkerbotsingen

Wat is een klinkerbotsing? Wanneer 2 klinkers die samen een klank vormen in een woord naast elkaar staan, kunnen die tot een spraakverwarring leiden als we die klinkers toch apart moeten uitspreken. Er is een verschil tussen zoeven en zo-even of ruine en ruïne. Om spraakverwarring te vermijden gebruiken we Lees meer…

Woordtekens

De apostrof of weglatingsteken Wanneer mag je een weglatingsteken gebruiken? Een woord dat eindigt op 1 klinker (a, e, i, o, u, y) krijgt een weglatingsteken als we het meervoud maken of de bezitsvorm maken. Meervoud: bijv. 1 piano –> 2 piano’s, oma’s, auto’s, kiwi’s, baby’s. Bezitsvorm: de paraplu van Lees meer…

Leestekens

Punt, komma en puntkomma De punt geeft een lange pauze weer, de komma een korte. De kommapunt zit daar ergens tussenin. Ik ben vandaag naar de rommelmarkt geweest.Ik vroeg de leerkracht of ik naar het toilet mocht.Gent 18 februari 2006 10 000 000 Euro 09 253 06 60 We zetten Lees meer…

Hoofdletters

Wanneer schrijf je een hoofdletter? Lees eenmaal de theorie aandachtig en maak dan de oefening. Het eerste woord van een zin. Ik ben gisteren naar de bioscoop geweest. Als de zin begint met een afgekapt woord, dan krijgt het tweede woord de hoofdletter. ’s Avonds gaan we meestal nog een Lees meer…

Voltooid en onvoltooid deelwoord

Wat is een voltooid deelwoord? Het voltooid deelwoord vind je door de volgende zinnen aan te vullen met een werkwoord: ik heb…, ik ben …, het heeft… Bijv. Ik heb gevoetbald, ik heb gewassen, ik ben verloren, het heeft geregend. Voor sterke werkwoorden: klik hier voor de lijst. Je schrijft Lees meer…