Aan elkaar of los?

Vul de gaten

Vul alle gaten en klik dan op "Controleer" om je antwoorden te controleren. Gebruik de "Hint"-knop om een letter te krijgen. Je kan ook op het "?" klikken om een tip te krijgen. Let op: je verliest punten als je op "?" klikt.
1. Je pet ligt (boven op) de kast.
2. Ik wil (er aan, toe voegen) dat je ten minste zeven op tien moet halen!
3. Die kleur staat je (alles behalve) goed, hoor!
4. (drie maal) is scheepsrecht, niet waar?
5. Als u de trap (af gaat), houdt u best de leuning vast.
6. Vlug, de trein komt (er aan)!
7. Hij kende (alles behalve) de spelregels.
8. Als je de straat (in loopt), bemerkt u het station vlak voor u.
9. Laten we (achter aan) in de trein gaan zitten.
10. Pas op voor die taart! Daar mag je niet (aan komen)!
11. De getuige heeft (ten minste) niet gelogen tegen de rechter.
12. (achter in) de zaal zie je even goed, vind ik.
13. Je moet je nieuwe schoenen nog wat (in lopen), dan knellen ze minder.
14. We ontmoetten er (onder meer) de burgemeester en de gouverneur.
15. Ik kom (er aan), wacht nou nog even!