Persoonsvorm herkennen

De persoonsvorm (pv) vind je door een ja/nee-vraag te maken. Het werkwoord dat vooraan in de zin staat is dan de persoonsvorm. Bijvoorbeeld:

Dat / is / de Playstation 4 van Timo. //

Is / dat / de Playstation 4 van Timo? //

Je / hebt / mijn nieuwe smartphone / al / gezien. //

Heb / je / mijn nieuwe smartphone / al / gezien? //

Ik zit nog boordevol energie.

Zit ik nog boordevol energie?

De persoonsvorm staat dus ALTIJD vooraan in de zin bij een ja/nee-vraag.

Oefeningen

  • Maak een ja/nee-vraag
  • Zoek de persoonsvorm

Start de oefeningen hier.


4 reacties

Naamwoordelijk gezegde – Kevin Vermassen · 1 augustus 2016 op 15:46

[…] hoort er bij de persoonsvorm een woord of woordgroep dat geen werkwoordelijke aanvulling is. Dit is het geval wanneer de pv een […]

Onderwerp – Kevin Vermassen · 1 augustus 2016 op 15:48

[…] onderwerp (o.) is het zinsdeel dat bepaalt hoe de persoonsvorm er uitziet. Meestal (maar niet altijd!) verwijst het onderwerp naar iets of iemand dat/die een […]

Zinsleer – overzicht – Kevin Vermassen · 1 augustus 2016 op 20:42

[…] Persoonsvorm […]

Werkwoorden – onvoltooid tegenwoordige tijd – Kevin Vermassen · 1 april 2017 op 09:00

[…] op het schema: Als het onderwerp in de zin “je” of “jij” is, en als dat onderwerp achter de persoonsvorm staat, dan valt de “t” weg. Bijvoorbeeld: je lacht –> lach je MAAR je broer lacht –> […]

Geef een reactie of stel een vraag.