'ik' in de zin:
Ik wou dat die rotbus kwam.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'wou' in de zin:
Ik wou dat die rotbus kwam.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'dat' in de zin:
Ik wou dat die rotbus kwam.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'rotbus' in de zin:
Ik wou dat die rotbus kwam.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'kwam' in de zin:
Ik wou dat die rotbus kwam.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'Hubert' in de zin:
Hubert was een kleine gedrongen man, onopvallend op het eerste gezicht, tot je zijn ogen zag.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'was' in de zin:
Hubert was een kleine gedrongen man, onopvallend op het eerste gezicht, tot je zijn ogen zag.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'gedrongen' in de zin:
Hubert was een kleine gedrongen man, onopvallend op het eerste gezicht, tot je zijn ogen zag.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'onopvallend' in de zin:
Hubert was een kleine gedrongen man, onopvallend op het eerste gezicht, tot je zijn ogen zag.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'zijn' in de zin:
Hubert was een kleine gedrongen man, onopvallend op het eerste gezicht, tot je zijn ogen zag.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'zag' in de zin:
Hubert was een kleine gedrongen man, onopvallend op het eerste gezicht, tot je zijn ogen zag.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'Waar' in de zin:
Waar bleef ze nou?
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'bleef' in de zin:
Waar bleef ze nou?
- Werkwoord
- Geen werkwoord
'nou' in de zin:
Waar bleef ze nou?
- Werkwoord
- Geen werkwoord
"Vries" in de zin:
Anke De Vries heeft niet veel onderzoek moeten doen voor ze haar verhaal op papier kon zetten.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
"heeft" in de zin:
Anke De Vries heeft niet veel onderzoek moeten doen voor ze haar verhaal op papier kon zetten.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
"onderzoek" in de zin:
Anke De Vries heeft niet veel onderzoek moeten doen voor ze haar verhaal op papier kon zetten.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
"moeten" in de zin:
Anke De Vries heeft niet veel onderzoek moeten doen voor ze haar verhaal op papier kon zetten.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
"doen" in de zin:
Anke De Vries heeft niet veel onderzoek moeten doen voor ze haar verhaal op papier kon zetten.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
"haar" in de zin:
Anke De Vries heeft niet veel onderzoek moeten doen voor ze haar verhaal op papier kon zetten.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
"papier" in de zin:
Anke De Vries heeft niet veel onderzoek moeten doen voor ze haar verhaal op papier kon zetten.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
"kon" in de zin:
Anke De Vries heeft niet veel onderzoek moeten doen voor ze haar verhaal op papier kon zetten.
- Werkwoord
- Geen werkwoord
"zetten" in de zin:
Anke De Vries heeft niet veel onderzoek moeten doen voor ze haar verhaal op papier kon zetten.
- Werkwoord
- Geen werkwoord